

Onenigheid in kabinet over windparken op land, regels blijven uit
DEN HAAG (ANP) – Kabinetsleden zijn het niet eens over regels die bepalen waar windparken op land mogen komen. Daardoor laten nieuwe normen op zich wachten. Een tijdelijke regeling voor bestaande windparken wordt verlengd tot uiterlijk eind volgend jaar, bevestigt een woordvoerder van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat na berichtgeving door De Telegraaf.
De regels gaan onder meer over de slagschaduw, geluidhinder en lichtschittering van windturbines op land. Totdat die er zijn, mogen provincies en gemeenten zelf normen bepalen.
Het grootste twistpunt is de minimale afstand tussen een windturbine en de dichtstbijzijnde woning. Staatssecretaris Chris Jansen (Milieu, PVV) zet in op vier keer de ‘tiphoogte’, de afstand van de voet van de molen tot de tip van de wiek. Klimaatminister Sophie Hermans (VVD) ziet dat niet zitten. Volgens een van haar woordvoerders zou met die afstand geen enkele geschikte plek overblijven.
In 2021 oordeelde de Raad van State dat gevolgen voor de omgeving niet genoeg meewegen bij de bouw van nieuwe windparken. “De regering is nu aan zet om zo’n milieubeoordeling te maken.” De windmolenbranche waarschuwt dat onduidelijkheid over de regels nieuwe investeringen afschrikt.
Volgens de woordvoerder van Hermans hoeft het vaststellen van regels voor windparken op land niet tot eind 2026 te duren. De bewindspersonen gaan eerst nog praten met provincies en gemeenten om hun wensen in kaart te brengen.
Ook over nieuwe windparken op zee bestaan zorgen. Maandag riepen 21 organisaties uit die sector minister Hermans op om een minimumprijs te garanderen voor de stroom die deze windparken opleveren. De minister overweegt die stap en komt in september met een plan voor de sector, reageert haar woordvoerder.
Bron: ANP
Laatste nieuws



