Ook kinderen kunnen naar kliniek voor langdurige coronaklachten

UTRECHT (ANP) – Kinderen die nog altijd last hebben van ernstige coronaklachten kunnen vanaf volgende week terecht bij speciale klinieken. Bij de universitaire ziekenhuizen in Amsterdam, Maastricht en Utrecht gaan maandag de behandellocaties van start, de zogenoemde post-covid expertisecentra. Voor volwassenen zijn klinieken sinds november actief.

Kinderen konden sinds 1 november worden aangemeld via de huisarts. Volgens de koepel van academische ziekenhuizen, de NFU, zijn er enkele honderden kinderen ingeschreven voor de therapie. De organisatie verwacht dat het aantal aanmeldingen toeneemt nu de behandelcentra voor kinderen openen.

De behandelcentra voor volwassenen met langdurige coronaklachten zijn in Amsterdam, Maastricht en Rotterdam. Hoeveel mensen daar inmiddels zijn behandeld en hoe het sindsdien met hun gezondheid gaat, meldt de NFU niet.

Volgens de organisatie voor universitair medische centra hebben kinderen met chronische corona een andere behandeling nodig dan volwassenen: “De behandeling van kinderen vereist een aanpak die is afgestemd op hun groei en ontwikkeling.” Het is wel de bedoeling dat de artsen van kinderen en volwassenen hun ervaringen met elkaar delen.

Het grootste deel van de Nederlandse bevolking heeft sinds 2020 het coronavirus opgelopen. Veel mensen zijn daar zonder gevolgen van hersteld, maar bij anderen zijn de klachten niet weggegaan. Ze zijn continu vermoeid, raken snel buiten adem en kunnen zich nauwelijks concentreren. Ook kunnen ze vaak slecht tegen licht en geluid, worden ze prikkelbaar en slapen ze slecht. Kinderen kunnen daardoor vaak niet meer meedoen op school en hebben moeite om contact met vrienden te onderhouden. Artsen onderzoeken nog hoe het coronavirus zulke klachten veroorzaakt en wat ertegen te doen valt.

Zorgminister Fleur Agema verklaart dat voor de kinderen en hun ouders “een sprankje hoop” gloort met het openen van de speciale poliklinieken. “Vele kinderen kunnen als gevolg van deze ziekte niet meer naar school, sporten of naar een feestje met vrienden. Hun leven staat stil en dat is vreselijk voor hen, maar ook voor bijvoorbeeld hun ouders.”

Bron: ANP