Subsidie aan Utrechts corps hervat na schorsing om ‘bangalijst’
UTRECHT (ANP) – Het Utrechtsch Studenten Corps (USC) krijgt dit jaar weer subsidie van de Hogeschool Utrecht (HU) en de Universiteit Utrecht (UU). Ook zijn vertegenwoordigers van de studentenvereniging bij de start van het nieuwe collegejaar op 1 september weer welkom bij officiële gelegenheden van de universiteit en de hogeschool.
De HU en de UU namen in het voorjaar van 2024 maatregelen tegen het corps nadat er een ‘bangalijst’ online was verschenen. In een powerpointpresentatie werden eerstejaarsstudentes van de vrouwelijke studentenvereniging UVSV beoordeeld. De HU en UU beschreven eerder dat ze onder meer “seksueel beoordeeld” werden.
Het corps schorste betrokken leden voor maximaal 1,5 jaar en kwam in mei 2024 met een verbeterplan. De twee onderwijsinstellingen hebben de uitvoering van dat plan gemonitord, onder meer door gesprekken met betrokkenen. “Op basis daarvan is duidelijk dat het USC stappen in de goede richting heeft gezet om duurzame verandering te realiseren”, aldus de UU en de HU. “Maar de conclusie is ook dat meer tijd nodig is voor de verankering van het door USC ingezette verbeterplan.” De gesprekken over het verbeterplan gaan daarom door.
Het corps mag sinds 1 januari weer een activiteitensubsidie aanvragen. Dat is geen vast bedrag, maar moet per activiteit worden aangevraagd. “De HU en de UU stellen daar gezamenlijk een bedrag voor beschikbaar aan de koepelorganisatie van de Utrechtse gezelligheidsverenigingen”, zegt een woordvoerster van de Hogeschool Utrecht. “Daar kunnen alle verenigingen aanspraak op maken. Voor elke vereniging is 700 euro gereserveerd.”
Daarnaast krijgt het corps per 1 september weer een basissubsidie. Dat is 4594 euro per studiejaar. Het grootste deel daarvan wordt door de UU betaald.
Bestuursvoorzitter Wilma Scholte op Reimer van de HU zegt “waardering” te hebben voor de inspanningen die het corps tot nu toe heeft verricht. “Het kost echter tijd om de gewenste veranderingen ook daadwerkelijk in de praktijk te implementeren, ook houdbaar voor op de lange termijn. Daarom vind ik het heel belangrijk om hier ook na 2025 met elkaar in gesprek over te blijven.” Ook rector magnificus Henk Kummeling van de UU zegt dat “inzet en monitoring op langere termijn nodig” is.
Bron: ANP